De Edese projectontwikkelaar Aron Reek heeft het volkstuinencomplex aan de Dr. Hartogsweg gekocht omdat hij naar eigen zeggen ‘betaalbare huisvesting’ wil realiseren. Hij maakt zich zorgen over de negatieve beeldvorming die is ontstaan.
De Edese Vos praat hierover met hem door. Gisteren verscheen het eerste deel van dit gesprek, waarin hij zijn plannen met het complex ontvouwt. Hij hoopt dat de gemeente de bestemming van de grond wijzigt, zodat hij kan gaan bouwen. “Er ligt een grote maatschappelijke opgave om betaalbare huisvesting te realiseren. Dat moet ook iemand oppakken,” vindt hij.
Je had het over sociale huisvesting. Wat bedoel je daarmee? De meeste projectontwikkelaars bouwen liever in het hogere marktsegment.
“Wij bouwen bijna altijd betaalbare woningen.”
Wat is betaalbaar concreet?
“Ik weet niet wat de huurprijzen zijn. Ik heb die panden alleen getransformeerd en daarna verkocht.”
De Edese Vos weet het wel, want de huurprijzen staan gewoon op de website van Ditters. We gaan uit van de gemiddelde oppervlakten en huurprijzen. In de Bergansiuskazerne betaal je voor een studio van 40 m2 netto 860 euro, voor een 2-kamerappartement van 60 m2 1100 euro en voor een 3-kamer appartement van 100 m2 1400 euro. Dus ‘betaalbaar’ betekent in de praktijk dat je weinig woonruimte voor je geld krijgt. Het is in ieder geval geen sociale woningbouw. ‘Sociaal’ noemen we het segment waarin je huurtoeslag kunt aanvragen. Dit jaar is dat een maximale huur van 808 euro.
Ik heb begrepen dat je in Ede ook een heel assortiment aan studentenhuizen uitbaat.
“Nee, dat ben ik niet. Je bedoelt waarschijnlijk Resoluut Vastgoed. Dat was het eerste bedrijf dat ik heb opgericht, maar daar ben ik niet meer zakelijk in betrokken. Dat is nu van een vriend van me.”
‘Ik ben gewoon een opportunist’
Heb je voordat je de Dr. Hartogsweg aankocht contact gehad met de gemeente Ede over dit complex? Bijvoorbeeld iemand van het college of grondzaken?
“Nee. Ik weet het niet meer. Volgens mij niet. Ik ben gewoon een opportunist. Ik zie kansen en dan handel ik daar naar. Dat is mijn werk.”
In de overeenkomst met NS is naar verluidt een meerwaardeclausule opgenomen op basis waarvan bij doorverkoop of waardestijging van de grond door herbestemming 25% van de winst naar NS gaat met een looptijd van 15 jaar. Klopt dat?
“Ik heb het contract niet in mijn ogen zitten. Maar er zit inderdaad wel een clausule in. Of het 15 jaar is, of 25%, dat weet ik niet precies.”
Is VAT Ede bereid dit traject met jou in te gaan?
“Ik ben iemand die altijd op zoek gaat naar een oplossing, met respect voor anderen. Daarom was ik de vorige keer toen ik je belde een beetje aangeslagen over de beeldvorming. Mijn naam is in Ede wel wat waard. Dus daarom reageerde ik er fel op.”
Daar geef ik je toch even feedback op. Ik had rustig aangegeven dat het op dat moment niet schikte, maar je banjerde agressief over mij heen. Mijn gezelschap kon meegenieten. Dat vond ik niet heel respectvol.
“Dat snap ik, dat vind ik ook spijtig. Dat is ook nooit de bedoeling geweest. De gemeente Ede is gewoon mijn belangrijkste werkgebied. Dus ik maakte mij zorgen over de beeldvorming. Ik heb juist een positieve grondhouding. Ik kan er ook heel hard in gaan en zeggen: ‘zoek het maar uit, ik zeg het huurcontract op.’ Maar dat doe ik niet. Ik hoop dat je dit ook opschrijft. Want je vergeleek mij als projectontwikkelaar wel met een slang.”
Het verhaal van de tuinslang
Je bedoelt mijn opiniërende column. Ja, die slang zit nu eenmaal in het oerverhaal over de tuin. Ik neem aan dat je het wel kent? Het staat in de Bijbel. Dergelijke ontstaansverhalen komen in elke cultuur voor. Het is een metafoor voor het goede leven en de machten die dat kunnen verstoren. Bijvoorbeeld stadsparadijsjes die ten prooi vallen aan het grote geld en de plannen van projectontwikkelaars.
“Nee, ik ken het niet. Heb je het gebruikt om me uit de tent te lokken? Ik kwam er niet positief op te staan.”
Het gaat niet persé over jou, hoewel het altijd goed is als mensen zich aangesproken voelen. Het is een opiniestuk over de politieke afweging die gemaakt moet worden tussen het belang van woningbouw en het belang van behoud van ecologische systemen. Het is geen journalistiek artikel. Het gesprek dat we nu voeren wel, dat verwerk ik precies zoals het is gegaan.
“Maar het lijkt nu net alsof ik 80 tuinders van hun tuin jaag. Dat is niet juist. Op korte termijn is er nog een huurcontract en we gaan met hen in gesprek om te kijken wat we daarna kunnen doen.”
Dat is helder. Voor de nuance: de Edese Vos heeft gemeld dat het complex ‘dreigt te verdwijnen’. Dat lijkt me zorgvuldig geformuleerd, want je wilt er bouwen. Bij andere volkstuinencomplexen in Nederland zien we een vergelijkbare trend. Als een projectontwikkelaar eenmaal zijn oog op zo’n stuk grond heeft laat vallen, dan heeft de zwakste partij meestal het nakijken. Dus dat patroon is er. Daarom maken we deze kwestie bespreekbaar. Het is een maatschappelijk gesprek: wat vinden wij belangrijker – woningbouw of behoud van het ecologische groen in onze gemeente?
Is de beeldvorming nu anders?
“Dat snap ik. Op basis van de nuance die ik in dit gesprek heb geschetst, is jouw beeld nu anders dan vóór je mij sprak?”
Dat vind ik lastig. Ik verwerk je perspectief fair in een artikel en lezers kunnen zelf bepalen of ze het geloofwaardig vinden. Als je mij vraagt hoe jouw verhaal op mij overkomt, dan hink ik tussen twee gedachten. Aan de ene kant begrijp ik je mindset als projectontwikkelaar en dat je probeert hier zo goed mogelijk een win-win van te maken en het in te passen. Met nadrukkelijk ook een win voor jezelf. Want je bent niet van plan om het stuk grond los te laten. Je wilt daar echt iets ontwikkelen.
En aan de andere kant denk ik: omdat er nu reuring is ontstaan is het ook in je belang om het iets welwillender in te steken en positieve intenties uit te spreken. We moeten maar afwachten of die gestand worden gedaan en of je daar samen met VAT Ede en de gemeente daadwerkelijk uit kunt komen. Dus ik neem het voor nu ter kennisgeving aan en zal dat verwerken in een artikel. Maar ik ben er niet gerust op, laat ik het zo stellen.
“Ik had liever eerst een echte presentatie uitgewerkt, dan hadden we het daar over kunnen hebben. Dan is het concreet en spreekt het meer aan.”
Niets weerhoudt je ervan om dat alsnog te doen. We blijven het monitoren, dus als er een nieuwe ontwikkeling is hoort de Edese Vos het graag.
De Edese Vos heeft ook met de laatste speler in dit volkstuintjesdrama gesproken: de gemeente Ede. Daarover gaat het volgende artikel.
Beste Marc, fijn dat je je in dit dossier bijt. Wel mis ik een speler in het verhaal, namelijk de omwonenden. Niet alle tuinders komen uit de wijk en niet alle mensen in de wijk hebben een tuin. Wel hebben ze hun huis gekocht wetend dat deze tuinen er zijn en in de veronderstelling dat de bestemming niet gewijzigd zou worden. Het doet heel wat met omwonenden hoe onzorgvuldig er wordt omgegaan met het groen in en om de wijk. Er wordt op allerlei dossiers werkgroepjes opgericht om het groen te behouden, verbeteren of aan te brengen. Daarin wordt weinig samenwerking gevonden vanuit gemeente en “de grote partijen” die rechten ontlenen en verantwoordelijkheid hebben over delen van de woonwijk. Het gesprek met de bewoners, wordt weinig serieus gevoerd en tegelijk is dit juist de groep waar op de impact groot is.
Deze miniserie beperkt zich tot de spelers die direct bij de verkoop van het complex betrokken waren. Uiteraard spreek ik ook omwonenden. Als je iets wilt melden kun je even mailen, bellen of appen. Het e-mailadres dat je hebt gebruikt is anoniem, dus ik kan geen contact met je leggen.