Jaarlijks worden vele honderden studenten in Ede en Wageningen de dupe van huurfraude. Wie zijn die oplichters? Wat doen de politie, beheerders van huisvestingsgroepen, Facebook en de universiteit eraan?
Al langere tijd onderzoek ik deze kwestie. Als journalist sprak ik met tal van gedupeerde studenten én met de partijen die er vanuit hun rol of positie iets aan zouden kunnen doen. Mijn bevindingen koppel ik terug in dit artikel, in de vorm van vragen en antwoorden.
Wie zijn de oplichters?
Dit zijn meestal jongemannen uit Westafrikaanse scammerslanden zoals Ghana en Nigeria, soms ook uit Bangladesh, die vanuit openbare internetcafeetjes opereren, waardoor ze moeilijk te traceren zijn. Ze volgen vaak een goede opleiding, maar hebben geen uitzicht op werk dat hier op aansluit. Cybercrime is dan een makkelijk alternatief waarmee je snel rijk kunt worden.
Ze worden lokaal ‘Yahoo Boys’ genoemd, verwijzend naar de Yahoo-mailadressen die worden gebruikt voor phishing. De criminelen zijn decentraal georganiseerd en delen actief informatie over slachtoffers (zogenaamde ‘sucker lists’), trucs en bankrekeningen. Ze genieten in eigen land een sterrenstatus en pronken op de socials graag met hun weelde. Eén maand huur, afgetroggeld van een student die in onze regio een kamer zoekt, is een heel maandsalaris in eigen land. Heb je tientallen slachtoffers per maand, dan loop je riant binnen.
Hoe gaan ze te werk?
In mijn vorige artikel heb ik dit beschreven aan de hand van enkele concrete cases. De oplichters gebruiken nepprofielen met verzonnen namen, foto’s van andere mensen die willekeurig van het internet zijn geplukt (of tegenwoordig met AI zijn gegenereerd), foto’s en gegevens van bestaande studentenkamers en privéadressen. Ze gebruiken de gestolen ID’s van hun slachtoffers om nieuwe slachtoffers te maken. Bankrekeningen bevinden zich bij banken met weinig controles, veelal in de Baltische Staten of het Verenigd Koninkrijk.
Heeft het zin om aangifte bij de politie te doen?
In de praktijk niet. Het gaat vaak om relatief kleine bedragen (een maand huur met borg) van tussen € 500 en € 1500. Voor het doen van een aangifte zit je zo twee uur op het politiebureau. Doordat de oplichters zich in het buitenland bevinden en moeilijk te traceren zijn, is opsporing voor de politie geen prioriteit. Soms wordt een oplichtersnetwerk opgerold, meestal in internationaal verband, maar het blijft dweilen met de kraan open.
Heb je met de politie gesproken?
Ja. In het kader van mijn onderzoek heb ik met meerdere afdelingen van de politie gesproken. Bij deze rondgang viel het mij op dat er in de organisatie weinig kennis lijkt te zijn. Politiewoordvoerder Henk Kremer weet, als ik hem bel, bijvoorbeeld niet wat een ‘huisvestingsscam’ is. “Nog nooit van gehoord. Ik weet zelf niet wat dat is. Dat moet ik even navragen,” antwoordt hij.
Later word ik teruggebeld door senior woordvoerder Ruud Visser van de Politie Oost-Nederland die het probleem wél kent en die ik drie vragen voorleg:
1) Hoeveel aangiften van huisvestingsscams ontvangt u per jaar in Wageningen? En hoeveel in heel Nederland?
2) Is dat de laatste tijd toegenomen, verminderd of gelijk gebleven? Zijn er seizoenspieken te zien?
3) Wordt hierop door de politie actief gerechercheerd? Welke prioriteit heeft dit in de praktijk? Zo ja, hoe pakt de politie dit dossier aan?
Hij kan of wil geen enkele vraag beantwoorden. Ook is hij niet geïnteresseerd in informatie uit mijn onderzoek die zou kunnen bijdragen aan een beter inzicht in deze vorm van criminaliteit of het oplossen van een lopende zaak. Hij geeft aan dat het volume van huisvestingsfraude “zeer laag” is, eigenlijk zo laag dat de politie er niets aan hoeft te doen.
Mijn indruk: de politie heeft het probleem niet goed in beeld, omdat (te) weinig mensen aangifte doen en er geen capaciteit op de opsporing wordt gezet. “Het systeem dat wij gebruiken leent zich niet voor een dergelijke analyse,” zegt Visser. “Er zijn wel honderd verschillende werkwijzen, er wordt gewerkt met katvangers en geldezels die het overgeschreven geld snel doorpompen. Dat maakt het extra uitdagend.” De oplossing zit volgens hem niet in de opsporing, maar in het voorkomen van de oplichting.
Een gedupeerde die mij haar aangifte bij de politie in Wageningen heeft doorgemaild, laat enkele maanden later weten dat ze er niets meer van heeft vernomen. Een andere gedupeerde laat weten dat de politie de aangifte niet eens wilde opnemen met de argumentatie dat het een ‘civiele zaak’ zou zijn, terwijl oplichting toch echt een strafbaar feit is.
Ik spreek ook met wijkagent Wiro Pillen, verantwoordelijk voor de studentenwijk Haarweg in Wageningen. “Soms schaam ik mij voor mijn collega’s,” zegt hij. Hij doelt dan op het gebrek aan pro-activiteit. “De recherche beoordeelt aangiften op basis van aanknopingspunten voor opsporing en bepaalt welke acties kunnen worden genomen. Als een oplichter in Afrika zit, doen ze er niets mee. Maar even terugkoppelen is wel het minste,” vindt hij. Hij meent dat de WUR zelf een actieve rol zou moeten spelen in de preventie door aankomende studenten beter voor te lichten.
Ziet de Wageningen Universiteit hier een rol voor zichzelf?
“Nee,” zegt Ingrid Hijman, hoofd van het Student Service Centre van de Wageningen Universiteit. “Wij geven geen adviezen aan studenten en gaan ook niet in op problemen van individuele aankomende studenten rond huisvesting. We verwijzen door naar de betreffende instanties.” Studenten die na te zijn opgelicht bij het SSC aanklopten, laten mij weten bij de universiteit geen gehoor te vinden.
Ook woordvoerder Vincent Koperdraat bevestigt dat de universiteit zich niet met huisvesting bemoeit. De basishouding van de WUR is: ‘Wij zijn er voor het onderwijs, niet voor de huisvesting.’ Dat studenten door deze houding, die ook in andere universiteitssteden speelt, in de knel komen, lijkt de universiteit niet erg te interesseren.
Maar de universiteit geeft op haar website toch voorlichting?
Dat gebeurt heel summier en zonder de aandacht en kennis van de markt die nodig is om effectief voor te lichten. Op de huisvestingspagina’s van de WUR staat een rijtje met aanbieders, en dat is het.
Platforms waar de universiteit naar verwijst, zoals Kamernet, KamerSocial, Huurwoningen, Rentsy en Huurstunt hebben problematische aspecten. Om verhuurders te kunnen contacteren moeten kamerzoekenden een betaald abonnement nemen. Daar komen zij vervolgens vaak moeilijk weer vanaf. Lang niet alle aanbod bestaat echt, soms worden kamers in de etalage gezet en gehouden die niet werkelijk beschikbaar zijn.
Een website als RentSlam opereert in de Randstad en heeft geen aanbod in Wageningen. De universiteit promoot het plaform HospiHousing, waar studenten € 295 bemiddelingskosten moeten aftikken, en een aankoopinvesteerder als Sons Real Estate, een bureau dat eigenlijk de markt verpest door de prijzen op te drijven. Hetzelfde geldt voor Short Stay Wageningen die in het dure toeristische segment opereert en geen studentenhuisvester is.
Van de Facebook-groepen die worden gepromoot is Wageningen Student Plaza de voornaamste groep waar de studenten door scammers worden opgelicht. Als ik de universiteit hierop attendeer en aanbied om een betrouwbare shortlist te maken, voorzien van nuttige aanwijzingen en preventietips, laten de voorlichters weten dat ze dat prima zelf kunnen. Maar maanden later is er nog niets aan het aanbod gewijzigd.
Speelt de Housing Desk Wageningen hier dan geen rol in?
De Housing Desk is een stichting waar de universiteit naar doorverwijst en waar particulieren kameradvertenties kunnen plaatsen. Ook hier gaat het regelmatig mis. De toetsingscriteria voor aanbod worden door de Housing Desk heel willekeurig toegepast, waardoor regelmatig aanbod verschijnt dat ofwel te hoog geprijsd is (huren tussen de € 1.000 en € 2.000 per maand), ofwel oplichting betreft. Diverse keren gaat de Housing Desk hiermee het schip in, waardoor studenten worden gedupeerd. Als ik de Housing Desk aanbied om eens in gesprek te gaan over oplichting en hoe dit kan worden voorkomen, geeft ze geen thuis. Enkele weken geleden liet Stichting Arion, die de Housing Desk beheert, weten dat ze haar diensten per 1 september officieel beëindigt.
Een sorry-bericht op de website van de Housing Desk, nadat weer een student is gedupeerd.
Is er ook een meldpunt voor huurfraude?
Ja, dat is de Fraudehelpdesk. Als ik persvoorlichter Tanya Wijngaarde vraag of ze weet welke platforms betrouwbaar of onbetrouwbaar zijn, wil ze daar geen antwoord op geven. “We bieden geen keurmerk.” Wel laat ze weten dat de situatie op de verhuurbemiddelingswebsites de afgelopen jaren wel iets is verbeterd, dankzij een overleg met het OM. “Een aantal platforms heeft maatregelen genomen, zoals betere controle op gebruikersprofielen. Maar de oplichting op social media daarentegen neemt juist sterk toe. Daar is minder controle op.” Ze bevestigt dat het probleem veel groter is dan de politie onderkent. “Nog geen vijf procent van de gedupeerden doet aangifte.”
Hoe komt het dat de oplichting met name op Facebook plaatsvindt?
De belangrijkste factor hierin is het gebrek aan moderatie in veel huisvestingsgroepen. Sommige groepen hebben zelfs helemaal geen moderators meer. Die zijn in het verleden door iemand begonnen, die persoon kreeg andere interesses en benoemde geen opvolger, waardoor de groep verweesd achter bleef. Juist dit soort groepen zijn een magneet voor oplichters, want ze kunnen ongecontroleerd kun gang gaan.
Ook als er wel een moderator op zit, is het belangrijk dat die persoon pro-actief is en heel goed weet waar je op moet letten. Scammers hoor je eigenlijk meteen bij de deur al af te vangen. Zitten scammers eenmaal in je groep, dan is het heel lastig om ze nog te detecteren en eruit te gooien. Scammers plaatsen lang niet altijd zelf advertenties, maar benaderen kamerzoekenden direct op Messenger met hun aanbod, buiten het zicht van de moderator. Wil je een groep gegarandeerd scam-vrij houden, dan moet je eigenlijk weer vanaf scratch beginnen en een strenge controle bij de voordeur inbouwen. Dat kan door toegangsvragen in te stellen en alle profielen goed te checken.
In welke huisvestingsgroepen zitten de meeste scammers?
De meeste gedupeerden in mijn onderzoek zijn opgelicht in deze groepen: Wageningen Student Plaza, Wageningen Student Housing en Room Rent Wageningen.
Zijn er ook huisvestingsgroepen die wél veilig zijn?
Ja, er is er één die scam-vrij is en consequent wordt gemodereerd: Wageningen Room Sublets.
Zien groepsbeheerders het probleem?
In het kader van mijn onderzoek heb ik ook enkele groepsmoderators gesproken en hen gevraagd of zij zich bewust zijn van het feit dat mensen in hun groep worden opgelicht, en of ze open staan voor tips om dit te voorkomen. Hier werd overwegend defensief op gereageerd. Groepsbeheerders zijn soms echte ‘baasjes’ die hun groep als hun eigen domein beschouwen. Het probleem wordt ontkend, of – zoals een moderator het uitdrukte: “Dat is ieders eigen verantwoordelijkheid.”
Het punt is natuurlijk dat niet elke student een goed onderscheidend vermogen heeft, en dan is het wel aan de moderator om een veilige omgeving te creëren. Er is ook geen opleiding voor groepsmoderatie, dus iedereen doet maar wat. De kwaliteit van een groep hangt rechtstreeks samen met de kwaliteit van de moderator.
Kan Facebook er wat aan doen?
Uiteraard heb ik ook contact gelegd met Facebook. Het platform biedt beperkt de mogelijkheid om mensen te ‘flaggen’. Op proef heb ik meerdere scammers bij Facebook gemeld en elke keer gaf het systeem terug dat de betreffende advertentie of scammersprofiel niet in strijd is met haar richtlijnen. Je kunt daar niet over reclameren. Je hebt te maken met een algoritme dat dit beoordeelt en soms met medewerkers die heel snel een melding beoordelen, zonder deze goed te analyseren.
Een echt mens te spreken krijgen bij Facebook is nog niet zo makkelijk. Toch probeer ik dat. Door mijn netwerk strategisch in te zetten lukt het me uiteindelijk om een videocall te regelen met het team dat bij Meta in Menlo Park verantwoordelijk is voor de doorontwikkeling van de groepen. In deze bijeenkomst passeren meerdere vragen en worden toezeggingen gedaan om beheerders betere tools te geven om groepen te modereren en veiliger te houden. Vooralsnog zijn geen van deze verbeterpunten doorgevoerd. Het kan zijn dat ze nog op een actielijst bij Meta staan, maar evengoed belanden ze in de prullenpak. Het is tenslotte een groot bedrijf en ik ben maar een eenvoudige journalist uit Nederland.
Wat is mijn conclusie?
Terug naar mijn onderzoeksvraag: wat doen de politie, beheerders van huisvestingsgroepen, Facebook en de universiteit eraan? In de praktijk weinig tot helemaal niets. Niemand voelt zich verantwoordelijk om iets aan het oplichtingsprobleem te doen.
Blijft over de preventie: hoe kun je voorkomen dat je ten prooi valt aan een huisvestingsscam? In een volgend artikel behandel ik de beste tips hoe je een scammer kunt detecteren. En ontkracht ik adviezen waar je helemaal niets aan hebt.
Dit is het tweede deel uit onze serie over huurfraude in Ede en Wageningen. Lees ook het eerste en derde deel.