Edese Vos

Het grijze verleden van Helene Kröller-Müller

helene kroller muller pano
Helene Kröller-Müller (1869-1939).

De gemeente Ede wil in de Frisokazerne een nieuw museum openen: Artbase Ede. Artbase wordt deels gebaseerd op het leven van Helene Kröller-Müller, een van de grootste kunstverzamelaars van Europa. Wie was deze vrouw en hoe zag haar leven eruit?

Helene is de dochter van Wilhelm Müller, een Duitse handelsmagnaat. Ze trouwt in 1888 op 18-jarige leeftijd met Anton Kröller, die in haar vaders bedrijf (Müller & Co) werkzaam is. Een jaar later overlijdt Wilhelm, waarna de 28-jarige Anton Kröller de leiding over het bedrijf in handen krijgt.

Helene Muller and Anton Kroller
Het jonge echtpaar Kröller-Müller in 1888.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog fungeert Anton Kröller als tussenpersoon in de ertsen- en graanhandel tussen Engeland en Duitsland, die beiden via het neutrale Nederland handel willen blijven drijven. De firma Müller & Co bezit namelijk grote belangen in ertsmijnen (Algerije, Rusland), granen (Noord- en Zuid-Amerika) en scheepvaart en verdient hier goud geld mee. Tegelijkertijd ontstaat er in Nederland – mede vanwege de oorlog – voedselschaarste en groeit de kloof tussen arm en rijk.

Anton Kröller verdient goud geld aan de Eerste Wereldoorlog

Geruchten steken de kop op over de winsten die Müller & Co maakt, en Anton wordt door de sociaaldemocraten uitgemaakt voor ‘Oorlogswinstmaker’ en ’Crisiskoning’. Helene kan op haar beurt – als geboren Duitse – niet goed tegen het ‘anti-Duitse segment’ dat er in Nederland heerst, zo zou haar huisvriend Samuel van Deventer later schrijven. Tussen oktober 1914 en maart 1915 werkt ze daarom vrijwillig als verpleegster in een ziekenhuis voor gewonde Duitse soldaten in Luik. Of ze dit uit vaderlandsliefde, mensenliefde of goede wil doet is niet te zeggen.

Anton koopt van zijn vermogen verschillende landgoederen op en rondom de Veluwe, die hij uiteindelijk samenvoegt tot één landgoed: de Hooge Veluwe. Anton is een jachtliefhebber en zet er verschillende dieren uit: Siciliaanse moeflons, reeën en zelfs enkele walibi’s. Ook laat Anton er een buitenverblijf bouwen: het Jachthuis Sint Hubertus, ontworpen door H.P. Berlage. De bouw neemt ongeveer zes jaar in beslag, en geld speelt daarbij geen rol.

Helene besteedt het fortuin op andere wijze. Ze is bijzonder gesteld op de beeldende kunsten en investeert hier veel tijd, geld en energie in. Op aanraden van kunstkenner professor Bremmer, die regelmatig op visite komt om over kunsten te spreken, koopt ze duizenden tekeningen, prenten, schilderijen en beeldhouwwerken, waaronder een groot aantal Van Goghs. De Brabantse kunstenaar is nog vrij onbekend, maar Helene is zeer onder de indruk van zijn werk. Hoewel ook Anton – mede door Helene – geïnteresseerd is in kunst, vindt Helene haar kunstzinnige connectie bij haar 19-jaar jongere vertrouweling Sam van Deventer.

helene kunstverzamelaar
Helene Kröller-Müller verzamelde maar liefst 11.500 kunstobjecten.

Samuel van Deventer: Helene’s mysterieuze vertrouweling

Samuel Van Deventer (1888) treedt in 1908 bij Müller & Co in dienst en wordt al snel een beminde huisvriend van het gezin, waar hij wekelijks meerdere keren op bezoek komt. Van Deventer kan het op persoonlijk en kunstzinnig vlak erg goed met Helene vinden. Ze schrijft hem, als hij in Duitsland werkzaam is, ruim drieduizend brieven. Dit omdat ‘zij het nodig had zich aan mij uit te schrijven om zo tot klaarheid te komen’, zo schrijft Van Deventer later in zijn boek Kröller-Müller over de briefwisseling met Helene.

Door de innige band tussen Sam en Helene wordt er binnen de familie Kröller-Müller wel gesuggereerd dat de twee een affaire hebben. Dit vermoeden leidt tot een (tijdelijke) breuk tussen Helene en haar dochter Helene Jr. Of de relatie tussen Helene en Sam puur platonisch is of dat de twee ook minnaars zijn wordt niet duidelijk. Kunsthistoricus Eva Rovers schrijft in haar biografie over Helene (De Eeuwigheid Verzameld) dat Helene waarschijnlijk altijd trouw aan Anton is gebleven. Maar de ruim 3400 brieven die Helene aan Sam schrijft én het speciale trapje tussen de slaapkamers van Helene en Sam zijn een feit.

sam helene anton
Helene Kröller-Müller, geflankeerd door vertrouweling Sam van Deventer (links) en man Anton (rechts).

Fraude en een onderhandse deal

In de jaren twintig gaat het snel bergafwaarts met Müller & Co. Anton verkrijgt op basis van vervalste cijfers talloze leningen bij de Rotterdamsche Bank en kan deze op een gegeven moment niet meer terugbetalen. Tot overmaat van ramp ontdekken ook de aandeelhouders van het bedrijf – dat al enige tijd geen familiebedrijf meer is – dat Anton miljoenen van het bedrijf gebruikt heeft voor de aankoop van zijn landgoederen en zijn huis in Wassenaar. Van Deventer, die deze constructie geregeld heeft, wordt ontslagen en Anton wordt gedwongen zijn landgoederen en huis te verkopen. De Rotterdamsche Bank komt de financiële klap teboven, maar veel investeerders kunnen fluiten naar hun geld.

Daarnaast dreigt ook de familie Kröller-Müller haar hele hebben en houwen te verliezen. Zodoende moet er op korte termijn een oplossing worden gevonden. Deze komt vanuit een – voor de familie – bekende hoek. Helene nodigt minister Marchant (Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen) uit op de Veluwe en overtuigt hem het park ‘te redden’. Marchant regelt vervolgens – buiten de Tweede Kamer om – dat de Nederlandse Uitvoer Maatschappij (NUM) 800.000 gulden leent aan de nieuw opgezette Stichting Het Nationale Park De Hoge Veluwe.

Met dit fonds kan de stichting het landgoed en het jachthuis van Müller & Co kopen. Dit op voorwaarde dat de Nederlandse Staat eigenaar wordt van de kunstverzameling van de familie. Als tegenprestatie mag de familie wel op het Jachthuis blijven wonen én zal de overheid de bouw van een museum voor de collectie verzorgen. Helene wordt directrice van dit nieuwe museum. Maar lang kan ze niet van haar nieuwe titel genieten: ze overlijdt in 1939, een jaar na de opening van het museum. De lening van de NUM – een staatsorgaan waar Anton Kröller een vinger in de pap heeft – wordt in 1962 kwijtgescholden.

Collaboreren met de Duitsers

In 1941 trekt Van Deventer met behulp van NSB’ers en Duitsgezinde vrienden alle macht binnen de stichting naar zich toe. Hij vervangt het algemeen bestuur door een dagelijks bestuur (waar hijzelf en drie NSB’ers deel van uitmaken), verhuist naar Jachthuis Sint Hubertus en nodigt hier hoge Duitse officieren uit. Zo mag Seyss-Inquart, de Rijkscommissaris van Nederland, hier zijn vijftigste verjaardag komen vieren.

seyss inquart niod
Arthur Seyss-Inquart vierde zijn 50ste verjaardag op de Hoge Veluwe.

Van Deventer verzet zich wel tegen het Duitse besluit om een deel van het park (1800 hectare) te gebruiken om militair vliegveld Deelen uit te breiden. Het blijkt vruchteloos. De stichting ontvangt wel een financiële vergoeding voor het gebruik van haar grond.

Van Deventer regelt ook andere financiële inkomsten: hij verkoopt een aantal schilderijen uit de collectie (die hij overigens heelhuids door de oorlog heen krijgt) voor 600.000 gulden aan de Duitsers. Later blijkt dat deze werken bedoeld zijn voor Hitlers persoonlijke collectie. Van dit bedrag koopt Van Deventer een aantal Franse – geroofde – schilderijen bij een kunsthandel in Amsterdam, waarvan hij zelf mede-eigenaar is. De betreffende werken worden na de oorlog uiteindelijk teruggestuurd naar hun oorspronkelijke eigenaar.

Na de oorlog wordt Van Deventer vrijwel direct ontslagen als directeur van het park. Door de Zuiveringscommissie wordt hij schuldig bevonden aan collaboratie en een reeks andere onzuivere zaken, maar wordt daar nooit voor veroordeeld. Het is niet precies bekend hoe en waarom Van Deventer de dans ontspringt. Van Deventer bekent wel dat hij schuldig is aan fraude bij de in- en verkoop van kunst, maar ook hier komt het niet tot een veroordeling.

De omstandigheden rondom, én de motivatie van Van Deventers collaboreren zullen we waarschijnlijk nooit te weten komen, maar zeker is dat hij zich in Nazi-grijs gebied bewoog. In mindere mate kan dit ook van het echtpaar Kröller-Müller worden gezegd. Bekend is dat Helene Hitler en de NSDAP bewonderde, al heeft ze wel kritiek op verschillende zaken. Zonen Wim en Toon zijn lid van de NSB. In 1939 reist ze met Anton en Sam naar de ‘Tag der deutschen Kunst’ in München. Tijdens dit bezoek ontmoet Helene ook Adolf Hitler, die hier een lofrede hield op de Duitse cultuur.

Naast elkaar op de Franse Berg

Helene (1939) en Anton (1941) overlijden beiden kort voor en aan het begin van de oorlog. Anton verbrandt kort voor zijn dood zijn persoonlijk archief, en raadt Van Deventer aan hetzelfde te doen. Het is niet bekend of Van Deventer dit advies heeft opgevolgd. Hij overlijdt uiteindelijk in 1972 en de urn met zijn as werd begraven op de Franse Berg in het Nationaal Park de Hoge Veluwe, waar ook het echtpaar Kröller-Müller is begraven. Het drietal laat Nederland en bijzonder natuurgebied én een bekend museum na.

Dit artikel is mede gebaseerd op historisch onderzoek dat Edenaar Bert van der Meiden voor de Edese Vos verrichtte. Hij schreef zelf ook een opiniestuk over de aandacht voor Helene Kröller-Müller.

white logoWaardeer dit artikel met een donatie

Jurre van Breugel

Journalist met een passie voor (e)sports, geschiedenis en natuur. Nieuwsgierig tot op het bot, wil dus álles weten.

6 reacties

  • Mijn idee is toch echt, dat als je hebt geheuld met de moffen dan ben je besmet, om hier als gemeente eer te gaan bewijzen is in mijn optiek schandalig en misplaatst. Maar gezien alle andere strapatsen van ons gemeente bestuur verwondert het mij ook niet echt helaas.

  • Is er een check uitgevoerd? Mogelijk dat het artikel geschreven is voordat de biografie over Sam van Deventer uitkwam.

    • Zeker, alle artikelen op de Edese Vos worden gecheckt en indien nuttig en nodig meegelezen door anderen dan de auteur.

      Voor het onderzoek voor dit artikel is gebruik gemaakt van het historisch materiaal dat tot en met 2023 beschikbaar was. De biografie van Ariëtte Dekker over Sam van Deventer die vorige week verscheen is dus niet meegenomen. Daar staan vast nieuwe inzichten in die interessant zijn voor een mogelijk vervolgartikel.

      De Edese Vos kiest ervoor om aan de voorzichtige kant van de geschiedenis te blijven, dus de zaken te melden die vanuit meerdere bronnen als feitelijk kunnen worden aangenomen.

      Historiografie (geschiedschrijving) is eigenlijk een soort journalistiek in de achteruit. Het is een reconstructie op basis van beschikbare bronnen. Net zoals een journalist de betrouwbaarheid van zijn bronnen moet wegen, moet een historicus dat ook. Soms komen historici met nieuwe hypotheses en conclusies. Dat is goed voor het historisch debat. Gevestigde inzichten worden regelmatig aangevuld en soms zelfs ingehaald door nieuwe, bijvoorbeeld doordat archieven die voorheen gesloten waren nu opengaan. Historici verschillen net als andere wetenschappers ook geregeld met elkaar van mening en ook dat hoort erbij.

    • ‘Leven op krediet’, eveneens van Ariëtte Dekker, gaat over het leven van Anton en geeft ook een aardig inkijkje in het leven van Sam van Deventer. Deze is gebruikt. Ik heb die wetenschappelijke publicatie gebruikt voor het vergaren van info over Helene. Dat nieuwe boek over Sam van Deventer ga ik zeker kopen. Neem aan dat hij in dat boek niet ineens wordt neergezet als een engeltje.

  • Eén storende onjuistheid: de kennismaking van HKM met Hitler vond niet plaats in Neurenberg maar in München. Bron: biografie HKM blz 442-449.

Mis niets, meld je aan!

Blijf actief op de hoogte van de belangrijkste ontwikkelingen in Ede. Meld je aan voor de mail van de Edese Vos.